Sluiten

Links en rechts van de camino

De pelgrimsroute naar Santiago de Compostella -oftewel de camino- is al sinds de middeleeuwen wereldwijd een begrip, en het aantal pelgrims is de laatste jaren door het toenemende bezinningstoerisme alleen maar verder gestegen. Maar ook als je geen pelgrim bent, liggen ‘links en rechts’ van de camino in de regio’s Castilla y Leon en Galicië tal van bezienswaardigheden die een bezoek méér dan de moeite waard maken, Reisreporter Jos Caubo ging voor Navenant op ontdekkingsreis in dit schitterende stuk Spanje.
Tekst en foto’s: Jos Caubo, Shutterstock

Piepend zwaait de deur van het eeuwenoude romaanse kerkje van Santa Maria in het onooglijke dorpje Vilar de Donas voor ons open, op nog geen 1,5 kilometer van de camino richting Santiago de Compostella. Jésus, de 95-jarige buurman van het sobere kerkje, woont al zijn hele leven in Vilar en is de onbezoldigde sleutelbewaarder van de kerk. Druk heeft hij het niet, want voor een pelgrim is het op en neer vanaf de route toch weer drie kilometer extra, en met een zware rugzak telt dat flink aan. De romaanse eenvoud van de kerk, met een schitterend gebeeldhouwd portaal en een fraai roosvenster, is bijna een verademing na de gouden pracht en praal van de kathedralen van de etappeplaatsen Burgos en Leon die we de afgelopen dagen hebben bezocht. De kerk is een van de belangrijkste romaanse monumenten in Galicië. Jésus laat ons trots de 15eeeuwse fresco’s en graftombes zien. Je hoeft niet gelovig te zijn om er stil van te worden!

Na aankomst op het vliegveld van Madrid zijn we een paar dagen geleden met een huurauto naar Burgos gereden, het startpunt van onze korte vakantie in Castilla y Leon en Galicië. Na een boeiende stadswandeling door het eeuwenoude centrum van Burgos bezoeken we uiteraard de beroemde kathedraal. De fameuze gouden trappen zijn voor veel bezoekers het hoogtepunt van dit wonder van gotische bouwkunst, maar het schitterend gepolijste praalgraf van de Spaanse ridder El Cid en zijn vrouw Doña Jimena maakt op ons minstens zo veel indruk. Ook de rijkversierde Jacobuskapel, achter het hoofdaltaar van de kerk, mag je zeker niet missen!

LEEG
De route van Burgos naar onze volgende overnachtingsplaats Leon is weliswaar niet spectaculair, maar de enorme leegte onderweg is beslist indrukwekkend. Niet zo vreemd, als je bedenkt dat de regio Castilla Y Leon slechts 2,5 miljoen inwoners heeft, die een oppervlakte zo groot als Nederland mogen ‘verdelen’! En zodoende zie je hier onafzienbare vlaktes, met zo ver het oog reikt amper bebouwing. Bij het plaatsje Frómista stoppen we om op het ruim 200 kilometer lange Canal de Castilla een kort tochtje met een rondvaartboot te maken. De camino loopt hier namelijk pal langs het kanaal waardoor een paar kilometer varen een optie is. De meeste pelgrims doen dat echter niet en willen per se lopen, ondanks de gereduceerde vaarprijs die ze krijgen. De tientallen pelgrims die we passeren moedigen we vanaf de boot aan door ze ‘buen camino’ te wensen, de klassieke wens die ze op weg naar Santiago overal te horen krijgen. De gids aan boord vertelt ons dat de langs het kanaal lopende ‘Camino Francés’ weliswaar de populairste route naar Santiago de Compostella is, maar dat er nog maar liefst zeven andere pelgrimsroutes zijn om daar te geraken, onder meer door Portugal, vanuit Sevilla en langs de zee. De ruim 350.000 peregrinos die vorig jaar de tocht liepen, kiezen echter voor het overgrote deel voor de Camino Francés vanaf Saint-Jean-Pied-de-Port aan de Frans-Spaanse grens, zo leren we.

Als we een uurtje later in Léon arriveren, zien en voelen we meteen het verschil met Burgos. De kathedraal van Leon is niet alleen nóg groter en imposanter dan zijn broer in Burgos, maar de stad bruist ook veel meer, ondanks het lagere inwonertal. Echt zo’n stad die je vanaf de eerste minuut past als een oude jas! Even nog over die kathedraal: de gebrandschilderde ramen hier kunnen wedijveren met die van de befaamde Franse kathedralen van Amiens en Rouen, werkelijk subliem vakmanschap! ‘s Avonds in de uitgaanswijk Barrio Humido genieten we van heerlijke pulpo (gekookte octopus), met daarbij alvast een voorproefje van de wijn uit de regio Bierzo die we volgende dag gaan bezoeken. (humido betekent vochtig, de wijk is zo genoemd vanwege de drank die hier rijkelijk vloeit!).

De volgende ochtend voert de camino ons naar het middeleeuwse stadje Ponferrada, genoemd naar de oude ijzeren brug over de Sil. We stoppen hier om het werkelijk gigantische kasteel te bezoeken, echt een must! Vroeger bood dit bescherming en onderdak aan de pelgrims die in deze etappeplaats stopten, maar tegenwoordig is het een drukbezochte bezienswaardigheid voor ‘gewone’ bezoekers en uiteraard ook voor passerende pelgrims.

Wijn
Met het meer glooiend worden van het landschap zien we ook de eerste wijngaarden en dat betekent dat we in de wijnregio Bierzo zijn aangekomen. Dit gebied staat vooral bekend om zijn rode wijnen, die voornamelijk worden gemaakt van de mencía-druif. Voor de witte wijnen wordt veel gewerkt met de bij ons vrij onbekende godello-druif. Bierzo-wijnen worden steeds meer gewaardeerd vanwege hun frisheid, levendigheid en complexiteit. Ze passen goed bij diverse gerechten en zijn een uitstekende keuze voor liefhebbers van Spaanse wijnen die iets anders willen proberen dan de bekendere regio's zoals Rioja of Ribera del Duero.

Omdat het lunchtijd is, gaan we eerst op bezoek bij het wijngoed Prada, want daar hebben ze ook een restaurant zo weten we. En wat voor een! Bij het proeven van een drietal heerlijke biologische wijnen krijgen we een hapjesparade die er mag zijn, zoals kikkererwtenpuree met kabeljauw, kastanjekroketjes en rauwe ham met foie gras en zo nog wat zaligheden. Lang verhaal kort: twee uur later rollen we ‘gelaafd en gevoed’ naar buiten. Heerlijk! (www.pradaatope.com).

In het gezellige Villafranca del Bierzo maken we een lekkere wandeling om de spijsvertering een handje te helpen, gevolgd door toch éven een korte siësta. Want bij de volgende wijnmaker willen we weer een beetje fris en monter zijn. Wijnboer Santi Ysart en zijn zus Consuelo zetten op een bescheiden wijngoed van 12 hectare een lange familietraditie voort. Bescheiden, maar kwalitatief hoogstaand, want een groot deel van hun wijnstokken is een eeuw oud! Voor de rode wijn hebben ze vooral mencía en alicante bouschet. ‘Preserving the legacy’, zoals ze het zelf noemen, vinden ze belangrijker dan rijk worden. ‘Dat worden we ook niet, maar we kunnen wel altijd lekkere wijn drinken’, lacht Santi. Een groot deel van hun jaarlijkse productie ‘Cantariña Vinos de familia’ -100% biologisch- wordt geëxporteerd. We sluiten het gezellige bezoek af met wat door Consuelo klaargemaakte tapas bij onze proefflessen. Wat een lieve mensen! (www.vinoscantarina.es).

Regen
In het net over de grens met Galicië gelegen oude dorpje O Cebreiro raak ik aan de praat met de Canadese pelgrim Jennine. Ze zit er even helemaal doorheen, want ze heeft zojuist in de stromende regen de laatste echte grote klim van de camino gemaakt naar dit op 1300 meter gelegen dorpje. In café Vento Celta drinken we een kopje koffie en vertelt ze haar verhaal. Ze loopt de camino helemaal in haar eentje, ‘just to prove myself that I can do it, giving up is not an option’ zoals ze het omschrijft. Wat haar het meest aanspreekt is dat je onderweg alleen kunt zijn als je geen gezelschap wil, en dat je met anderen samen kunt zijn als je niet alleen wil zijn. Via de niet te missen enorme abdij van Samos (www.abadiadesamos.com) en de bezienswaardige etappeplaatsjes Portomarin en Ribadiso komt de Monte do Gozo in zicht, de ‘berg van vreugde’. Pelgrims die deze heuvel bereiken, zien de eerste glimp van de beroemde kathedraal van Santiago de Compostella, het eindpunt van hun pelgrimstocht. Een zeer emotioneel moment voor veel pelgrims, aangezien het aangeeft dat ze bijna hun bestemming hebben bereikt, en we zien links en rechts dan ook wat tranen vloeien.

Op het enorme plein voor de kathedraal is het een drukte van jewelste. Sommige pelgrims zijn door het dolle heen en staan met hun medewandelaars te dansen, terwijl andere stilletjes voor zich uitkijken en misschien denken aan een verloren geliefde waarvoor ze de camino hebben gelopen. De rugzak, zowel letterlijk als figuurlijk, mag af en de Camino de Santiago de Compostella kan voor de meesten worden afgesloten met nog een paar ontspannende dagen in deze zéér bijzondere bedevaartplaats. Behalve dat is Santiago namelijk óók een hele gezellige en bezienswaardige Spaanse stad, dat zou je door de Camino bijna vergeten. Vergeet vooral de overdekte markt niet! Ook wij hebben een ‘Buen Camino’ gehad en voelen ons ondanks de luxe opzet daarvan toch ook een klein beetje pelgrim!

Praktische info
Vervoer

Meest praktisch en voordelig is een vlucht vanuit Eindhoven naar Madrid (www.ryanair.com)  en dan met een huurauto naar Burgos (ca. 2 uur rijden).

Verblijf
Hotel Rice Palacio de los Blasones, Burgos
My Palace Leon, Leon
Parador de Villafranca del Bierzo, Villafranca del Bierzo
Hotel Compostela, Santiago

Restaurants
Tiempos de Maricastaña, Burgos
Ezequiel LeonLeon
Pulpería A Garnacha, Melide
A Horta d'Obradoiro, Santiago (Bib Gourmand Michelin)
Abastos 2.0, Santiago (Bib Gourmand Michelin)

Toeristische informatie
Castilla y Leon
Galicië
Spanje algemeen

Misschien vindt u dit ook interessant

Wijn-, wandel- en trailrunparadijs

Wijn-, wandel- en trailrunparadijs

Valtellina wine trail wijnreis

Lees meer
Casa Bàscara

Casa Bàscara

De B&B-droom van Luc Bollen

Lees meer
Van grond tot mond

Van grond tot mond

Simon Eurlings en zijn groene passie

Lees meer
Wij helpen u graag verder
Velden met een * zijn verplicht