Het Dubbroek is van oorsprong een oude arm van de Maas’, begint het infobord van Het Limburgs Landschap op de parkeerplaats aan de Bogartweide in Baarlo. Maasarm en de naam ‘broek’ zeggen al genoeg. Dat is nattigheid. Goed schoeisel aanbevolen dus. Maar er is meer…. Vandaag is het rustig, geen auto [of fiets] te bekennen. Daar had ik op deze doordeweekse herfstdag ook op gehoopt.
Tekst en fotografie: Het Limburgs Landschap, Henk Heijligers
Vergeet me niet
Ik kom deze ochtend tijdens mijn knooppuntenwandeling in het Dubbroek niemand tegen. Wandelen lijkt uit. Fietsen, maar dan om het Dubbroek heen, zo blijkt later tijdens mijn wandeling, is daarentegen ‘trending’. Elektrisch, dat dan weer wel. Dubbroek is zo’n natuurgebied dat niet meteen op je netvlies staat als je erop uit wilt trekken, maar ik heb het entreebord nog niet achter me gelaten of ik word al welkom geheten door het vergeet-me-nietje. Frivool en met dauwdruppels bedekte blauwe bloempjes inclusief liefelijk botergeel middenin - en nog met een groot aantal bloemknoppen in de aanbieding - lijkt ze nog niet in de gaten te hebben dat er toch echt een ander jaargetijde aankomt. Er vliegt overigens nog van alles rond op deze zonnige herfstdag. Een gehavend witje, van het klein geaderde soort, drinkt nog wat van de distels langs het pad. Ook een afgevlogen heidelibel geniet nog van de laatste warme zonnestralen. Beide zijn al flink op hun retour. Ze zullen het eerste nachtvorstje, misschien zelfs een eerdere koude nacht, niet overleven. Twee zandoogjes – in dit geval bonte- vliegen tegen elkaar op als grote rivalen. Alsof er nog iets van afhangt. Ze zijn vergeten dat de lente al ver achter ons ligt. In het bos hangt namelijk al zo’n typische vochtige herfstgeur van verrottend blad en paddenstoelen.
Lees het hele artikel over Dubbroek in Navenant uitgave 4 vanaf pagina 116.
Bestel hier Navenant editie 4.