De vorst hangt over de velden als de lente alweer voorzichtig lonkt aan de horizon. Maar eerst is het tijd voor échte wintergroente: boerenkool. Bij ons in Nederland geliefd als geprakt goedje, in andere landen al jaren gewaardeerd als superfood in shakes en salades. Maar hoe lekker en gezond is boerenkool eigenlijk?
TEKST: KARIEN GOESSENS / FOTO’S: BRAM BECKS, JEAN-PIERRE GEUSSENS
John Rooyakkers uit Baarlo levert verse boerenkool aan veiling ZON fruit & vegetables. Hij snijdt een paar diepgroene bladeren en slaat de rijp er vanaf. “De meeste boerenkool wordt ingevroren, wij leveren alleen verse boerenkool. Eigenlijk is dat veel lekkerder, de grote, verse bladeren hebben nog die stevigheid, waardoor je het op veel meer manieren kan gebruiken en het nog stevigheid heeft. Minder waterig, meer smaak dus. Er staat hier anderhalve hectare in de kleigronden te wachten om geoogst te worden. Wij eten het graag met savooiekool samen in een stamppot, dat is nog net wat zachter van maak. Natuurlijk wel even goed wassen, maar dan heb je ook wat.”
Boerenkool is dus lekker, maar is het ook goed voor je? Om daar achter te komen spreken we een paar kilometer verderop prof. dr. Koen Venema op Brightlands Campus Greenport Venlo. Hij onderzoekt daar hoe (gezonde) voeding de micro-organismen in de darmen beïnvloedt en hoe vitaminen, mineralen en bacteriën worden opgenomen. “De microbiologie van het maag-darm kanaal heeft invloed op alles wat er gebeurt in het lichaam. Van darmkanker tot obesitas en huidallergieën. Maar zelfs vormen van autisme kunnen de oorsprong vinden in de darmen. De hier aanwezige microbiota bestaan uit 10 keer meer cellen dan dat we menselijke cellen hebben. Eigenlijk zijn we 90% bacterie en slechts 10% mens. En dan zitten er ook nog schimmels, virussen en bacteriofagen in het lichaam, in een unieke samenstelling. Hier worden vitamines en voedingsstoffen opgenomen in het lichaam of omgezet in andere stoffen. Of juist niet als je darmen niet goed functioneren. Het is een complex proces, afhankelijk van veel factoren.”
Lees verder in Navenant 1/2020, vanaf pagina 18